Veere wil helemaal geen boete geven voor opslag van ‘wrakfietsen’, maar moet dat mogelijk toch

De gemeente Veere bepaalde in 2018 dat de familie Mesu geen fietsen mocht opslaan en verhuren bij hun boerderij aan de Noorddijk, en ook dat drie stacaravans daar weg moesten. Als stok achter de deur werd een dwangsom opgelegd voor als niet aan de regels zou worden voldaan. 

De fietsenverhuur werd toen verplaatst naar een plek waar dat wel mag, en de stacaravans en een groot deel van de fietsen werden weggehaald. Er bleven er wel 23 achter in de schuur, bleek tijdens een eindcontrole. De gemeente Veere had daar niet zo'n moeite mee: het ging om ‘wrakken’ die niet verhuurd meer konden worden. Veere wilde dus geen 10.000 euro vorderen bij de familie. 

Dat schoot de familie Van Leeuwen van camping De Heksenketel in Veere in het verkeerde keelgat. Die heeft het vaak aan de stok met de gemeente, en eiste onder het mom ‘gelijke monniken, gelijke kappen’ dat de familie Mesu de boete opgelegd krijgt. De rechtbank stelde Van Leeuwen eerder in het gelijk, waarna Veere naar de Raad van State stapte. 

Tijdens de zitting daar bleef de gemeente bij haar standpunt: er zijn genoeg ‘verzachtende omstandigheden’ om de familie Mesu te ontzien. ,,Van Leeuwens handhavingsverzoek was er op gericht om de fietsenverhuur te beëindigen en de stacaravans weg te halen. Dat is gebeurd. Over de opslag heeft hij het niet gehad", zei een woordvoerder.

Punt is echter dat de opslag wel genoemd staat als reden voor de dwangsom. En dat had, zo moest de woordvoerder schoorvoetend erkennen, de gemeente er toch echt zelf in gezet. Mocht ook de Raad Van Leeuwen in het gelijk stellen, dan ontkomt de gemeente er waarschijnlijk niet aan om alsnog 10.000 euro in te vorderen voor de opslag van de 23 wrakkige rijwielen. 

De uitspraak volgt binnen enkele weken.