PREMIUM
Het gevoel een weidepaal te roken in plaats van een joint
COLUMN JAN VANTOORTELBOOMAls ik schrijf rook ik weleens. Ik moet dan uitkijken dat ik niet te veel opga in het verhaal, want anders valt de askegel van de sigaret of sigaar en brand ik daardoor mijn schrijfhok misschien nog eens af. Zo heb ik al schrijvende weleens een gat in mijn broek gebrand. Ik kreeg het in de gaten omdat het pijn begon te doen.
Delen per e-mail
Gratis onbeperkt toegang tot Showbytes? Dat kan!
Log in of maak een account aan en mis niks meer van de sterren.Lees Meer
-
PREMIUMCOLUMN JAN VANTOORTELBOOM
De eerste keer in Domburg
Ik woon al zestien jaar in Zeeuws-Vlaanderen, maar vorige week was ik voor de eerste keer in Domburg. Ik mijd al te toeristische plekken, maar de drukte viel gelukkig mee. Er was ruimte genoeg op het strand en in het bos en de Duitsers bleven op afstand. De zegeningen van corona. In de winkelstraat, die waarin Ristorante Verdi zich bevond (de pizzeria waar ik een pepperoni pizza bestelde waarop na grondige inspectie geen pepperoniworst te bespeuren viel en de blonde serveerster me stellig liet verstaan dat bij haar Ristorante Verdi pepperoni pizza met pepertjes was), de enige straat van Domburg die ik ben doorgelopen, stond een man die het fietsverkeer regelde, het is te zeggen, hij verplichtte de fietsers af te stappen en al wandelend verder te gaan. Op korte beentjes liep hij heen en weer en op zijn hesje stond: Coronacoach. Het deed me denken aan cockroach, Engels voor kakkerlak. En ik had nog niet eens een pint op. -
PREMIUMcolumn jan vantoortelboom
Corona verwart onze paniekreflex
Ik herinner me nog de eerste keer dat ik een indringende combinatie van angst en opwinding voelde. Het was 25 maart 1983. Ik was 7 jaar en slenterde de weg van school terug naar huis en toen ik van achter het milde bochtje, langs de hoge beuken en eiken van het bos, onze straat verder kon inkijken, zag ik dat mijn ouders op de stoep stonden. Ze praatten met de buren. Er stonden nog meer mensen buiten, overal klitten ze samen en waren druk aan het converseren. Ik herinner me de opwinding die ik voelde, mijn hartslag die opeens racete, want zoveel mensen buiten op straat betekende dat er iets gebeurd was, waarschijnlijk iets ergs. Ik weet nog dat ik begon te rennen. Toen ik bij mijn ouders en buren ging staan om mee te luisteren, verviel iedereen tot mijn teleurstelling in betekenisvol stilzwijgen. Het was pas in de beslotenheid van onze keuken, tijdens het avondeten, dat ik hoorde wat er die dag was gebeurd. -
PREMIUM
Mijn vakantiebusje is verkocht aan twee Marokkanen uit Amsterdam
Mijn vakantiebusje is verkocht. Aan twee Marokkanen uit Amsterdam. Ja. In tegenstelling tot wat u nu misschien denkt, ging alles van een leien dakje. Zelfs de betaling. Bijzonder beleefde en eerlijke man, al ging ie net wat te lang door over het feit dat de olie wat gelig kleurde aan de rand van het dopje, dat de pook net iets te veel speling had en ook de twee blutsen aan de zijkant bleken de moeite van wat lange zinnen en onderhandelingspauzes waard. -
PREMIUMcolumn jan vantoortelboom
De wereld als zandbak
Ruim voor het coronavirus de wereld gijzelde ben ik begonnen in Grote verwachtingen van Geert Mak. Het is het vervolg op het succesvolle In Europa dat vijftien jaar geleden verscheen. Omdat het boek over de eerste twee decennia van deze eeuw gaat, dus zeer recente geschiedenis, las ik het met een zekere urgentie. Maar sinds corona heb ik het gevoel dat ik lees over een stoffig verleden, over een wereld die niet meer bestaat en er niet meer toe doet. Vaak denk ik bij geschiedenis aan een slingerbeweging, aan uitersten, want per slot van rekening zijn het de heftigste gebeurtenissen, zoals revoluties, oorlogen, ziektes, de wrede daden van dictators et cetera die de geschiedenisboeken halen. -
PREMIUMCOLUMN JAN VANTOORTELBOOM
Meester Baas was de beste kletser van het dorp
Wat ze hier in Nederland niet kennen is de vrolijke traditie van de nieuwjaarsbrief. Dat was altijd lachen. Vooral voor de nonkels en tantes die aangeschoten, paffend en vol verwachting zaten te wachten. En dat waren er nogal wat: zeven aan mijn vaders kant en zes aan mijn moeders kant. Keer twee, want ze waren allen getrouwd. En elk jaar kwam uit tenminste één van die monden de clichénieuwjaarspoëzieregel: Liefste peter en meter, hoe meer dat u geeft, hoe beter!
-
PREMIUMcolumn jan vantoortelboom
Ik hoor de botjes van Popeye kraken onder zijn schoen
Julien, een gerimpelde kale grijsaard met getatoeëerde armen, een kilo halskettingen, een gevlochten snor en slechts één voortand, zei dat hij graag weer eens iemand in elkaar wilde rammen, gewoon helemaal opfrommelen totdat ie in z’n broekzak zou passen, uit nostalgie naar zijn jonge jaren als buitenwipper in een obscure kroeg aan de haven van Antwerpen. -
PREMIUMCOLUMN JAN VAN TOORTELBOOM
Nederland, e-fietsland
Na een paar sterke Belgische bieren gooide E. uit Ossenisse op een gezellige avond in een recreatief achtertuingebouwtje in Zeedorp een knuppel in mijn hoenderhok: zouden we niet eens met de mannen een fietstochtje doen? U moet begrijpen: de mannen zijn voornamelijk gezonde Brabanders met een bovengemiddelde taille, agrariërs met melkveebedrijven, gewend aan noeste arbeid. De mannen zijn voornamelijk ook boven de 50. -
PREMIUMcolumn Jan Vantoortelboom
Hij greep me bij mijn nekvel en slingerde me een aantal West-Vlaamse verwijtwoorden naar het hoofd
‘Geachte heer Vantoortelboom, ik zou graag een overeenkomst sluiten met u. Als ik dit semester een voldoende haal voor Engels, dan krijg ik van u een gesigneerd exemplaar van uw roman His Name Is David. En natuurlijk ben ik bereid ervoor te betalen. Bovendien vind ik uw columns in de PZC uitermate interessant! Ik had al een vermoeden dat u meer was dan een leraar! Dit is fantastisch.’