PREMIUM
We gaan vanaf nu voor biologisch; de knop moet om
column jan van dammeAan elk grassprietje een druppel dauw. Daarover heen een strijklicht van de net ontwaakte voorjaarszon. Zo krijg je een lichtgrijze, bijna wit oplichtende deken over het weiland. Dat ik hier langs mag wandelen, denk ik dan. Tot niet zo lang geleden zwaaide ik een bedankje richting boer die die groene weide toch maar mooi in stand hield. Voor zichzelf, voor zijn dieren, indirect dus ook voor mij.
Delen per e-mail
Gratis onbeperkt toegang tot Showbytes? Dat kan!
Log in of maak een account aan en mis niks meer van de sterren.Lees Meer
-
PREMIUMColumn Jan van Damme
Moeder Myriam zuchtte al weken achter haar buik
Elias, goedemorgen. Voor jou is het de derde morgen dat je het licht ziet worden. Ik heb het net uitgerekend. Achtenvijftig uur en 44 minuten, zo lang vang je nu de eerste indrukken op van die grote, enorme, eindeloze wereld. Wat een lawaai aan je hoofd, maar goed dat je ouders een muts over je oren hebben getrokken. En een licht. Ik zou mijn ogen ook nog even dichtknijpen. -
PREMIUMColumn
Ik proef het zout op mijn lippen
De wind trekt aan. We zeilen ter hoogte van wat de Stormkaap wordt genoemd. Ik twijfel, net als Edward Faneuil. Het zal daar best toch ook eens uit de goede hoek kunnen waaien? Ik zet me schrap in mijn stoel. De zee oogt grauw, de lucht dreigt zwart. We varen op gegist bestek. Onder ons kraakt het dek van de Merrimac. -
PREMIUMcolumn jan van damme
Naast mijn boterham met hagelslag: 'Plunderingen, zwaar vuurwerk en branden’
Een zuurdesemboterham deze ochtend. Speciaal opgelet bij aankoop in de super. Zuurdesem levert een lekker verende structuur op. Heel geschikt om mijn margarine - piep, ik mag geen merk noemen maar ik let op mijn cholestrol - op uit te smeren zodat de hagelslag in een zacht bedje valt. Het restje margarine aan mijn mes gebruik ik om het chocoladebed af te toppen. Een taartje, zeiden we vroeger thuis. -
PREMIUMCOLUMN JAN VAN DAMME
Alsof de gijzeling voorbij is
De één pakt zijn bakfiets, laadt er zijn met dialectliedjes volgeperste nieuwe cd's en lp's op en trekt als een marskramer de stad in. Troubadour met ventvergunning. Prachtige liedjes, overigens. De ander zet een persoonlijke bezorgdienst op. Koop mijn boek en ik breng het bij u aan huis, waar ook in Zeeland. Dat was de boodschap van de fotograaf die meisjes in Zeeuwse dracht had vereeuwigd. Prachtige foto's, overigens. -
PREMIUMcolumn jan van damme
Dwarsdenker Eus gooit een flinke scheut spiritus op het literaire vuurtje
Een tweedehandsafdeling op de zolder van een Gentse boekhandel. Jaren geleden. Het rook er stoffig. Nou ja, muf, naar op elkaar gepakte natte jassen. In een hoekje kwam ik ze tegen, de roemloos vergeten romans. Johan Daisne met zijn ‘Trap van steen en wolken’ en ‘De man die zijn haar kort liet knippen’. Van Ward Ruyslinck stonden er ‘De ontaarde slapers’en ‘Het dal van Hinnom’. Hoe ik ook zocht, het ooit door mij stukgelezen ‘Reservaat’ kon ik er niet vinden. Al die vergane Vlaamse grootheden. Voor één of max twee euro kon je ze meenemen.
-
PREMIUMColumn Jan van Damme
Twee weken in quarantaine? Misschien zo gek nog niet
Eerst begrepen ze me verkeerd. Ik vertelde dat ik in mijn omgeving best veel mensen tegenkom die twee weken quarantaine geen enkel probleem zouden vinden. Duidelijk, leek me. Maar iedereen dacht dat ik zelf een hele lijst met mensen had die ik wel eens een tijdje in quarantaine wilde wegstoppen. Ha ha. Maar nee dus, zo’n lijst heb ik niet. -
PREMIUMCOLUMN JAN VAN DAMME
Zo uitgerekt zag ik mijzelf zelden
Boven me was het voor het eerst in dagen strak blauw. In het verre oosten lag een wolkenband die voorlopig van geen wijken wist. De opkomende zon zat er om een uur of acht ‘s morgens nog achter verscholen. Tot ik op het Brigdamse padje mijn dagelijkse uitje eindig verklaarde en met onze viervoeter op huis aan stevende. Zonnestralen piepten over de wolkenband heen en opeens liep ik achter mijn eigen schaduw aan. Een donker silhouet van zo'n drie meter lang. Zo uitgerekt zag ik mezelf zelden. -
PREMIUMCOLUMN JAN VAN DAMME
Dankzij de avondklok loop ik met mijn hoofd tussen de sterren
Het was en is mijn vaste loopje. ’s Avonds om een uur of 10, 11 even snel naar buiten omdat huisgenoot Dibbe zo nodig nog eens moet. Zonder er erg in te hebben stapte ik elke keer in een kooi van omgevingsgeluiden. Vliegtuigen hoog boven mijn hoofd brommend op weg naar zonniger oorden, in de verte op de rondweg opschakelende vrachtwagens met containers uit de haven van Rotterdam, op mijn Noordweg late feestgangers en familiebezoekers.