Wie wilde 'gangmaker' Rodney (44) dood hebben? 'Hij verdiende het niet om zo dood te gaan’

In de Amsterdamse buurt Amsteldorp, waar op zaterdag 19 februari de schietpartij plaatsvond, was Rodney Mijnals een bekend gezicht. Buurtbewoners omschrijven de Amsterdammer, vader van een 12-jarige dochter, als een sociale man bij wie de deur altijd open stond. 

Als het mooi weer was, zette Rodney twee stoelen op het stoepje voor zijn voortuin en ging hij daar bier zitten drinken. De andere stoel was bestemd voor wie er naast hem wilde zitten. ,,In de zomer stonden er vaak heel veel mensen. Hij was altijd heel vriendelijk”, aldus een buurtbewoner.

Volgens de politie had Rodney het niet breed: hij woonde in het huis van zijn overleden moeder en leefde van een uitkering. Met wat klusjes voor andere bewoners lukte het hem net om een beetje fatsoenlijk rond te komen. ,,Wie iemand nodig had hoefde nooit ver te zoeken”, klinkt het in Opsporing Verzocht.

De politie toonde gisteravond een reconstructie van de moord, waarbij drie gemaskerde mannen het huis van Mijnals binnenliepen, die samen met een vriend genaamd Rickey binnen zat. De gemaskerde mannen hadden een pistool bij zich en schoten op Mijnals en de vriend toen die zich uit de voeten probeerden te maken. Mijnals werd daarbij dodelijk getroffen.

Omwonenden hoorden die avond een paar knallen. In de Dulongstraat troffen buurtbewoners de 21-jarige Rickey aan. Hij bleek in zijn arm te zijn geschoten. Aanvankelijk werd hij door de politie als verdachte aangemerkt, maar inmiddels geldt hij als getuige.

In de buurt heerste verslagenheid na de schietpartij. Zowel de buurman links als de buurman rechts van Rodney zegt nooit overlast van hem te hebben gehad. ,,Hij zat in de WAO. Hij had twee honden, die waren alles voor hem”, zei een van hen eerder tegen het Parool. ,, Hij woonde hier eerst met zijn moeder. Nadat zij overleed is hij er blijven wonen. Toen werd het wel wat drukker met mensen. Maar hij was een goeie man. Hij ging nog heel vaak bloemen leggen bij haar graf op de Nieuwe Ooster.”

,,Ik ben er wel van geschrokken”, zegt Ismail Taskopru, uitbater van de Buurtsuperman in de Fizeaustraat. ,,Rodney was een beste jongen. Hij zat altijd buiten. Heel Amsteldorp kende hem.” Een buurvrouw heeft het er wel over dat Rodney aan de drank was. Daarnaast vertelt ze dat hij in het verleden een tijdje in de gevangenis zat. ,,Hij had een litteken in zijn gezicht. Hij was lang geleden een keer in zijn gezicht gekapt met een mes bij een ruzie”, weet een van de mannen bij de Buurtsuperman te vertellen.

Twee medewerkers van het nabijgelegen kinderdagverblijf vertellen dat ze altijd een praatje met Mijnals maakten tijdens hun middagpauze. ,,Ik ga hem wel missen.” Dat gevoel lijkt breed gedragen te worden. ,,Rodney was er een van de buurt. Hij verdiende het niet om zo dood te gaan.”

Voor de politie is het motief van de drie overvallers nog niet duidelijk, maar een van de scenario’s is dat het met drugs te maken heeft. Een ander scenario is dat het slachtoffer problemen had in de relationele sfeer. ,,Dat zou kunnen gaan om een conflict met bijvoorbeeld familie, buurtgenoten of vrienden of kennissen”, vertelt een politiewoordvoerder.